De polite herkent het beeld dat onderzoekers schetsen in het rapport  'Lokale handhaving door de politie', opgesteld in opdracht van Inspectie Justitie en Veiligheid, dat door allerlei factoren wijkagenten te weinig tijd hebben om te inveseren in contacten in de wijken. Vooral in middelgrote gemeenten en op het patteland moeten de agenten te vaak inspringen bij noodhulp om hun eigenlijk werk goed te kunnen doen, zo stellen de onderzoekers.

In een reactie geeft de politie Haaglanden desgevraagd aan 'dat onze wijkagenten, maar ook onze gebiedsgebonden politiezorg in het algemeen, onder grote druk staan momenteel'. "Los van wat dat van de individuele politiemedewerker vraagt, schuilt daarin inderdaad een risico. Echter wij blijven als eenheid onverminderd inzetten op de verbinding met onze wijkbewoners en het onderhouden van contacten tot in de haarvaten van de wijken. Samen met onze partners èn de burger proberen we efficiënt in te spelen op de actuele behoeften in de wijken en op die manier zo optimaal mogelijk in verbinding te staan met de mensen waarvoor we ons werk doen.”

Ook de landelijke politie stelt dat de vraag om politiebijstand blijft toenemen. "En dat is een zorgelijke ontwikkeling." De korpsleiding ziet ook dat de druk op politiemensen 'al geruime tijd hoog is'. Daarbij verwijst de leiding naar de zomerperiode waarin coronamaatregelen, demonstraties en rellen veel inzet van de politie hebben gevraagd.

De politie verwijst net als de onderzoekers naar de ontwikkeling dat er al jaren ook een steeds groter beroep wordt gedaan op de organisatie waar het gaat om meldingen over personen met verward gedrag. "Die zorg kost de politie enorm veel tijd en capaciteit."

Hoewel de korpsleiding aangeeft dat de medewerkers nog 'zeker in verbinding zijn met de wijken en we pro-actief zijn in onze aanpak, is het duidelijk dat het voldoen aan de behoeften vanuit de wijk onder druk staan door de capaciteits- en roosterdruk bij de organisatie'.

De situatie vergt dat ook veel van 'onze mensen'. "De collega’s moeten vaak veel incasseren, zich flexibel opstellen en als organisatie vragen we veel van hun loyaliteit." Het is niet voor niets dat 'er dan ook hard wordt gewerkt aan het klaarstomen van nieuwe collega’s. Zo zijn er afspraken gemaakt tussen ministerie, vakbonden en politie om het politieonderwijs te hervormen zodat nieuwe politiemensen eerder op straat inzetbaar zijn en wordt het mogelijk gemaakt om langer door te werken'.

De korpsleiding stelt echter 'vanzelfsprekend willen we als politie zo veel mogelijk aanwezig zijn in de wijken. Wij doen doen dit samen met andere partijen. Gemeenten pakken hun rol bij de aanpak van deze problematiek door onder andere oog te hebben voor de sociale cohesie'.